De Jezus-beweging was een Joodse Torah-houdende gemeenschap met wortels in de Esseens-Zelotische beweging. Na Jezus’ dood ging de beweging verder op die weg. “Apostelen” (letterlijk: gezondenen of afgevaardigden) begonnen met de verspreiding van de beweging in de Joodse gemeenschappen in hellenistische steden. Deze beweging was nog voluit Joods.
De “orthodoxe” leer binnen het christendom die wij nu kennen, ontstond pas later, door beïnvloeding en samensmelting met het Griekse religieus-filosofische gedachtegoed en de daarbij horende mysteriereligies. Daarin had de apostel Paulus een bijzondere rol. Ook uit andere oude religies zijn waarschijnlijk beelden overgenomen.
Op deze pagina kijken we naar de duidelijke overeenkomsten tussen enerzijds de latere christelijke leer en anderzijds de vroegere en gelijktijdige religies die de christelijke leer hebben beïnvloed. Bijzondere aandacht hebben we daarbij voor de Griekse filosofie en religie die een grote invloed heeft gehad op het denken van Paulus en latere theologen.
Het wereldbeeld van de Griekse religie
De meeste oude religies in het gebied rond de middellandse zee waren oorspronkelijk systemen van hiërarchieën van goden en tussenpersonen tussen goden, mensen en vaak voorouders. De kern van deze religies was dat ieder zijn plaats had in het geheel en die plaats moest kennen. Dit gold voor een groot deel ook voor de Joodse religie, hoewel die zich – onder invloed van het Zoroastrisme – ontwikkelde tot een monotheïstische religie en het “kwaad” een eigen plek en zelfs personificatie kreeg.
De Griekse (of: Hellenistische) religieuze tendens krijgt, beïnvloed filosofen als Plato en Aristoteles, steeds meer een andere kern, namelijk een dualistisch wereldbeeld waarin de huidige wereld en het lichamelijke leven van de mens als negatief wordt gezien, geregeerd door “demonen”: de wereld is vol van ziekte, lijden, ongerechtigheid en kwaad / zonde. Het doel van religie wordt het bieden van een ontsnapping of bevrijding uit het huidige leven en een redding van (de demonen van) deze wereld.
Bij een Griekse / Hellenistische religie zijn de kernvragen daarom:
- Waarvan word je gered?
- Door wat of wie word je gered? (geheime kennis, rituelen, een godheid, …)
- Waartoe word je gered? Wat is het doel?
Als je dit leest, wordt direct duidelijk dat het christendom van Paulus precies past bij het Griekse wereldbeeld en dat Paulus in zijn brieven steeds opnieuw de genoemde drie vragen beantwoordt:
1. Waarvan word je gered?
Paulus benadrukt dat mensen worden gered van zonde, dood, Gods toorn en de wereldbeheersers van deze duisternis:
- Romeinen 3:23-24: “Allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God, en worden om niet gerechtvaardigd door zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus.”
- Romeinen 6:23: “Want het loon van de zonde is de dood, maar de genadegift van God is eeuwig leven in Christus Jezus, onze Heer.”
- 1 Thessalonicenzen 1:10: “…en zijn Zoon uit de hemelen te verwachten, die Hij uit de doden heeft opgewekt, Jezus, die ons verlost van de komende toorn.”
- Efeziërs 6:12: “Want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van deze duisternis, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten.”
- Kolossenzen 1:13: “Hij heeft ons verlost uit de macht van de duisternis en overgezet in het Koninkrijk van de Zoon van zijn liefde.”
- Kolossenzen 2:15: “Hij heeft de overheden en machten ontwapend en openlijk tentoongesteld, en over hen getriomfeerd door het kruis.”
2. Door wat of wie word je gered?
Paulus stelt dat de redding plaatsvindt door Jezus Christus. De cruciale middelen voor redding zijn het geloof in (het offer van) Christus, het inzicht in het geheimenis van Christus en de genade van God. Het is Christus die de mensheid verlost door zijn offer. De volgeling volgt hem daarin door deel te nemen aan de rituelen en door een leven van opofferering:
- 1 Korinthiërs 15:3-4: “Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb: dat Christus gestorven is voor onze zonden, naar de Schriften, en dat Hij begraven is, en dat Hij opgewekt is ten derde dage, naar de Schriften.”
- Efeziërs 3:3-6: “Mij is door openbaring het geheimenis bekendgemaakt, zoals ik hiervoor in het kort heb geschreven. Door dit te lezen kunt u mijn inzicht in het geheimenis van Christus begrijpen, dat in andere geslachten niet bekend is gemaakt aan de mensenkinderen, zoals het nu door de Geest geopenbaard is aan zijn heilige apostelen en profeten: dat de heidenen mede-erfgenamen zijn, medeleden en mededeelgenoten van de belofte in Christus Jezus door het evangelie.”
- Efeziërs 2:8-9: “Want door genade bent u behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen.”
3. Waartoe word je gered? Wat is het doel?
Paulus leert dat de verlossing leidt tot eeuwig leven, gerechtigheid, gemeenschap met God, en deelname aan Gods Koninkrijk. Het uiteindelijke doel van de redding is een eeuwig leven in relatie met God en deelname aan de heerlijkheid van Christus.
- Romeinen 8:29-30: “Want hen die Hij tevoren gekend heeft, heeft Hij ook tevoren bestemd om gelijkvormig te zijn aan het beeld van zijn Zoon, opdat Hij de eerstgeborene zou zijn onder vele broeders; en die Hij tevoren bestemd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.”
- Filippenzen 3:20-21: “Want ons burgerschap is in de hemelen, vanwaar wij ook de Heiland verwachten, de Here Jezus Christus, die ons vernederd lichaam veranderen zal, zodat het gelijkvormig wordt aan zijn verheerlijkt lichaam.”
Dood en opstanding in oude religies
In veel culturen hing de dood en opstanding van de godheid samen met de zonnewende en de seizoenen: het sterven van de godheid symboliseerde het terugtrekkende zonlicht en het verval van de natuur in de herfst en winter, de opstanding symboliseerde de zonnewende waarna het licht weer sterker werd en de natuur ‘herboren’ werd in de lente. Hier volgen een aantal voorbeelden:
Inanna
De oudste gedocumenteerde voorbeelden van deze vorm van religie zijn de cultus van Inanna en Dumuzi (of Ishtar en Tammuz) uit de Mesopotamische (Soemerische) mythologie, de cultus van Baal en Anat uit de Kanaänitische en Fenicische mythologie, en de cultus van Marduk (ook Bel of Baäl = HEER) uit de Babylonische mythologie. Al deze culti kenden opstandingsverhalen.
Uit de zeer oude cultus van Inanna komt een geschrift met de naam “Nederdaling van Inanna”. Hierin zien we eenzelfde herhalend patroon van nederdaling als in de “Hemelvaart van Jesaja” [1]. Inanna daalt af voorbij de aarde door zeven niveaus van het dodenrijk, haar lagen afleggend tot zij naakt en kwetsbaar is, om daar vernederd, veroordeeld en gedood te worden door demonen en de goden van het dodenrijk. Ze wordt aan een pin aan de wand gehangen. Drie dagen later komt haar dienares haar helpen en keert zij terug naar de hemel (ze wisselt van plaats met Dumuzi / Tammuz). Net als in de “Hemelvaart” wordt eerst het plan beschreven en daarna de uitvoering volgens plan [2].
Romulus
Plutarchus beschrijft de verering van Romulus als een koning die, na mysterieuze omstandigheden rond zijn dood of verdwijning, vergoddelijkt werd. Volgens één van de Romulus-tradities verscheen hij later aan een volgeling genaamd Proculus Julius, aan wie hij vertelde dat hij nu als de god Quirinus in de hemel zou leven, waarna hij ten hemel voer.
Apollo
In de Griekse mythologie werd Apollo vereerd als een god van onder andere licht, muziek, genezing en profetie en soms het “Licht van de Wereld” genoemd.
We zien treffende overeenkomsten in woord en beeld met het latere christendom.
Mysteriereligies
In het christendom van Paulus vinden we ook sporen van het taalgebruik van “mysteriereligies”. Een mysteriereligie is een religieus systeem dat draait om geheime rituelen, doctrines en/of mystieke kennis die alleen voor ingewijden toegankelijk zijn. Deze religies waren vaak gebaseerd op persoonlijke spirituele ervaringen (en dit zien we ook bij Paulus) en beloofden een speciale connectie met het goddelijke en vaak een beter leven na de dood (als beter alternatief ten opzichte van het huidige leven, passend bij het hierboven beschreven Griekse wereldbeeld). Mysteriereligies waren populair in de antieke wereld, vooral in het oude Griekenland en Rome.
Paulus schrijft in zijn brieven verschillende keren over het “geheim” of het “mysterie” van zijn evangelieboodschap:
Kolossenzen 1:26-27: “Het geheimenis dat eeuwen en geslachten lang verborgen is geweest, maar nu geopenbaard is aan zijn heiligen. Aan hen heeft God willen bekendmaken hoe rijk de heerlijkheid van dit geheimenis onder de heidenen is: Christus in u, de hoop op de heerlijkheid.”
1 Korinthiërs 2:7: “Maar wij spreken de wijsheid van God, als een geheimenis, de verborgen wijsheid die God tevoren bepaald heeft vóór alle eeuwen tot onze heerlijkheid.”
Ik wil hiermee niet zeggen, zoals sommige schrijvers [3] wel hebben gedaan, dat we het christendom van Paulus kunnen definiëren als mysteriereligie. We weten erg weinig van de meeste mysteriereligies, juist omdat hun doctrines geheim waren, en hoewel Paulus over het “geheim” en het “mysterie” schrijft, hield hij zijn boodschap niet verborgen. Enkele gnostisch-christelijke sekten komen overigens wel in de buurt van mysteriereligie.
Wel zijn sommige overeenkomsten zodanig treffend dat we beïnvloeding van deze beelden op Paulus denken kunnen vermoeden:
Osiris
Een bekend voorbeeld is Osiris, de Egyptische godheid, die sterft, en wiens lichaam wordt verdeeld zodat het land zich ermee kan voeden. De Egyptenaren vierden dit met veel ceremonieel: het lichaam van Osiris werd in een processie symbolisch naar zijn graf gebracht; op eerste dag na zijn begrafenis werd er gerouwd om Osiris, op de dag erna werden begrafenisriten uitgevoerd, en op de derde dag werd Osiris tijdens de dageraard herboren en als grote overwinnaar gekroond.
De rituelen rond Osiris waren vaak geheim en waren bedoeld om spirituele verlossing en eeuwig leven te brengen voor de ingewijden.
Zalmoxis
Zalmoxis was een god of een halfgod uit de religie van de oude Daciërs en Thraciërs (volkeren uit het gebied dat nu Roemenië en Bulgarije is). Volgens Herodotus en andere oude bronnen was Zalmoxis een goddelijke figuur die de Daciërs onderwees over het leven na de dood. De religie omvatte ook rituelen waarbij communicatie met de god of godheid plaatsvond, wat vaak geheim was en alleen door ingewijden werd begrepen. De religie had geheime rituelen en initiaties en beloofde onsterfelijkheid aan de ingewijden.
Attis
Rond de Frygische god Attis, geboren uit de moedermaagd Nana of Cybele ontstond een mysteriereligie in Rome en Klein-Azië. Ook voor hem werd een ritueel uitgevoerd om zijn sterven en opstanding te vieren: in het voorjaar werd een beeld/pop van Attis aan een naaldboom gebonden en in een graf gelegd. Na een dag van rouw zou Attis, op de derde dag, weer levend geworden zijn en werd uit zijn graf gehaald. De religie beloofde ook wedergeboorte en verlossing voor haar ingewijden.
Dionysus
Ook de cultus van Dionysus (de Griekse god van wijn, extase en vruchtbaarheid; ook bekend als Bacchus in de Romeinse traditie) had mysteriereligieuze aspecten. De Bacchische of Dionysische mysteriën omvatten geheime rituelen waarbij extase, transformatie, en de bevrijding van de ziel centraal stonden.
In sommige Dionysus-tradities wordt Dionysus de “Ware Wijnstok” genoemd. Het beeld van de wijnstok wordt gebruikt om spirituele en mystieke betekenissen over te brengen, waaronder verbondenheid, vruchtbaarheid en de bron van leven.
Mithras
De grootste overeenkomst in beelden en woordgebruik met het christendom van Paulus vinden we in de religie rond Mithra(s) uit het Zoroastrisme:
- Mithras werd het “Licht van de Wereld” genoemd.
- Omdat Mithras met de zon geassocieerd werd, werd hij volgens de mythe geboren, reisde vervolgens een tijd lang, leed en stierf uiteindelijk, om vervolgens weer te herrijzen. Mithras verliet de aarde en steeg op naar de hemel in de strijdwagen van de zonnegod.
- Mithras werd gezien als Zoon van de hoogste God (Ahura-Mazda). Hij was onderdeel van een goddelijke drie-eenheid. Er zijn zelfs aanwijzingen dat Anahita (het Moeder-aspect in de drie-eenheid) gezien werd als een maagd.
- Mithras werd geassocieerd met een bloedoffer.
- De dood van Mithras werd gevierd met een ceremonie met brood en wijn. Vgl. 1 Kor 11:24: “Dit is mijn lichaam”. Ook Joh 6:53 – 55: “Waarachtig, ik verzeker u: als u het lichaam van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in u. Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en hem zal ik op de laatste dag uit de dood opwekken. Mijn lichaam is het ware voedsel en mijn bloed is de ware drank.” komt duidelijk uit Griekse mysteriereligie via Paulus.
- De Mithras-cultus had initiatieriten waarbij nieuwe leden symbolisch werden “wedergeboren” als onderdeel van hun inwijdingsproces. Deze initiaties vonden plaats in speciale Mithraea, de heilige ruimtes gewijd aan Mithras.
- De Mithras-aanhangers pasten een waterdoop toe.
- De Mithras-aanhangers geloofden dat zij stierven en herleefden en geloofden in hemel en hel.
De Perzische aanbidding van Mithra waaierde uit naar het Romeinse Rijk, waar het een belangrijke mysteriereligie voor ingewijden werd rond de god Mithras. Als Paulus werkelijk uit Tarsus (Klein-Azië) kwam, is het heel waarschijnlijk dat hij daar met het Mithraïsme in aanraking is geweest [4]. Het christendom leek qua leer en rituelen zelfs zo sterk op het Mithraïsme dat al in die tijd de vergelijking vaak gemaakt werd.
Tjarko Evenboer zegt hierover: ”Grappig genoeg verklaart het ook een vaak over het hoofd gezien feitje: het evangelie van Matteüs laat Jezus bezocht worden door wijzen uit het Oosten die op zoek gingen naar de nieuw geboren koning. Deze ‘wijzen’ waren volgens de schrijver van het evangelie ‘magoi’, ofwel magiërs – de benaming van priesters in het Zoroastrisme.”
Behalve de Mithras-cultus hebben ook andere aspecten van het Zoroastrisme een, waarschijnlijk indirecte, invloed gehad op de ontwikkeling van het christendom.
[1] De “Hemelvaart van Jesaja” is een van oorsprong joods apocrief geschrift uit de 1e eeuw vC, dat waarschijnlijk werd uitgebreid in de christelijke kerk tussen de 3e en 4e eeuw nC.
[2] Carrier, R. (2014). On the historicity of Jesus: Why we might have reason for doubt. Sheffield Phoenix Press.
[3] Bijvoorbeeld: Freke, T., & Gandy, P. (1999). The Jesus Mysteries: Was the “Original Jesus” a Pagan God? Harmony Books. Harpur, T. (2004). The Pagan Christ: Recovering the Lost Light. Thomas Allen Publishers.
[4] Overigens is het ook goed mogelijk dat Paulus beïnvloed is geweest door de “Apollonius”-traditie rond Apollonius van Tyana, die als Zoon van Zeus werd gezien, genezingen en opwekkingen van doden zou hebben verricht en in de hemel was opgenomen om de pijnen van de mensen te verdrijven. (zie Het raadsel Jezus).
Geef een reactie